ANDEBIJK
  • Home
  • De OudHerkse Blumengarten Bibliothek
  • Geheime Sprookjes
  • Mijn Daguerreotypes

Het eerste geheime sprookje

31/7/2012

0 Reacties

 
Foto
Op dinsdag 12 juni schreef ik in de trein van Oudenaarde naar Brussel, die van 07h02, een bijdrage waarvan een deel onder deze titel mag vallen. Een ander deel valt hier niet onder, omdat aangelegenheden met mijn tuin-bloemen-planten in een aparte bladzijde zullen worden opgenomen. Hetgeen ik hier wel wil vertellen, had ik hernomen onder een titel "Faits d'hiver". Spelen met de taal en de voeten van de mensen is altijd een beetje mijn hobby geweest. Des faits divers, gezien door het raam en in de coupé van een IC-trein, gadegeslagen en overdacht.

De ekster. Vlak voor het stationnetje van Welle zie ik, terwijl we een ogenblik aan lage snelheid voorbijtrekken, op een weidepaal een trieste ekster zitten. Het beest zit, in tegenstelling tot wat meestal verwacht mag worden, niet fier rechtop, aandachtig elke beweging in de omgeving gadeslaand, om alles wat beweegt zijn plaats te geven. Met de kop ingetrokken zit hij te treuren, en beweegt geen vin. Zou hij ziek zijn?

Eén paal verder is er een bewoner van een nog veel vreemder allure te zien: een zwarte dameshandtas hangt over paal en draad. Wat heeft dat te betekenen? Leeggestolen en dan schuldbewust tentoongesteld? Of gevonden en ter plaatse door een eerlijke vinder uitgestald? De ekster laat het niet aan zijn veren komen. Hij treurt verder.

De dame. De dame die tegenover mij zit, volgt met grote aandacht mijn schrijfactiviteiten. Je ziet inderdaad maar zelden iemand de pen gebruiken in een rijdende trein, behalve voor studiewerk of andere kruiswoordraadselen. Ik voel ze denken wat ik hier zit te vereeuwigen. Wacht tot ik haar seffens een suggestieve halve rabarbersteel aanbied. Om ze bezig te houden. Zou ik zo stout durven zijn? Nee, zo stout heb ik niet gedurfd te zijn. Onverholen nieuwsgierigheid is natuurlijk wat anders dan slinkse gluurderij, maar het blijft hinderlijk. Dag, Dame, anderen mogen genieten van de rabarber.

De collega. Ik ben gisteren op het werk even langs gegaan bij een collega, die een paar maanden in ziekteverlof was. Het blijkt dat hij toch geopereerd is, en men heeft (...). (...). Hij ziet er beter uit dan vroeger, maar zijn moreel was beneden nul. Hoewel (...) nooit veel zegt, was hij nu helemaal dichtgeslagen. Hij is een bedeesde, maar zeer vriendelijke man, nochtans. Ik duim voor hem.

Zo zie je maar, sprookjes zijn niet altijd vrolijk. Een zieke ekster, een glurende dame, een teneergeslagen collega... ze maken elk op hun manier deel uit van mijn dagelijkse leven. Je mag nooit te zorgzaam lijken, ook nooit te oppervlakkig zijn. En een vluchtige passage is een verloren kans, een te opdringerige vragensessie geeft geen goede indruk, neergeslagen ogen zien nooit genoeg. Waar ligt het evenwicht?

© Danny Peeters, Oudenaarde 30/07/2012 Mag ik vragen het copyright te respecteren?

0 Reacties

Het nulde geheime sprookje

30/7/2012

0 Reacties

 
Foto
Per toeval las ik Moby Dick, van Herman Melville.
Moleskine.
Iedereen die om één of andere reden veel te noteren heeft, heeft al wel eens gehoord van Moleskine. Zo ook ik. En op 10 juli heb ik van mijn kleingebroed een geschenk gekregen, want vaderdag moet gevierd worden. Het is een halfgroot notaboek geworden, dat ik meteen zijn eindbestemming heb gegeven. Er is geen twee keer over nagedacht. In de aanloop van mijn opruststelling kan een dagboek, afkomstig van het nageslacht niet als een onaardig gebaar aanzien worden.
 
Als veelschrijver in die branche heb ik al dagboeken bijgehouden vanaf mijn 12de jaar, maar ooit, vlak voor ik trouwde, moest de woonkamer toch nog een beetje verwarmd worden, en besluitloosheid, en ook wel een zeker ongemak over wat er moest gebeuren met deze geschriften van een puber en tiener die zijn hart aan het papier toevertrouwde, rechtvaardigde een harde beslissing. De brandstapel naar middeleeuws model werd in de kachel aangericht, en de lektuur van de overjarige schrifturen werd aangevat. Een blad gelezen, een blad verbrand. Mijn verleden ging in de vlammen op. Zo was het. Er werd geen traan over gelaten. Dagboeken van pubers die zichzelf ontgroeid zijn in jongvolwassenheid, krijgen geen genade. Zij moeten branden.

Dat spijt me nu wel, maar gedane zaken... Ergens op zolder liggen er nog van die draken, en geen haar op mijn hoofd denkt eraan er nog een bladzijde uit te lezen. Dat is voor mijn erfgenamen, als ik de definitieve rust opgezocht heb, of voor de brandstapel. Het lot zal beslissen. Deze Moleskine wordt de drager van de vierde generatie, want tussendoor is er in Leuven nog wel een tweede reeks notities aangevangen, maar die hebben de papiermand ook niet overleefd. Op de laatste dag van mijn verblijf in die zo mooie stad heb ik de dagboeken ongeveer op dezelfde manier als de eerste reeks behandeld: ze werden verscheurd en tussen het andere cursuspapier gemengd om verder vernietigd te worden. De  namen van sommige meisjes over wie ik verder geen traan meer laat, verdwenen in de eeuwigheid. Zij die wel een paar tranen waard geweest zijn, mogen ook gerust zijn. Ze waren te lief om hier in het publiek gegooid te worden. Moleskine en Weebly bewaren hun geheim.

Nu ligt er naast mij een zwart gekartonneerd schrift (we kennen hier allemaal de koosjere want Engelse benaming voor, dus ik gebruik deze niet). De liefde van beide jongens, toen ze me dit-hun "kadootje" aanboden, en het ongeduld om zelf het pakje open te maken om te zien waar ze Opa dan ook mee konden blijmaken, is niet te beschrijven. Vooral zijn overgeacteerde reactie werd op prijs gesteld, maar mocht toch niet te lang duren. De echte blijdschap van Opa, toen hij het schriftje ontdekte, nadat hij eerst meende een boek te mogen in ontvangst nemen, was al even groot, en hoefde geen acteerwerk..

Ze wisten blijkbaar wel dat Opa dat rare boekje, waar alleen maar lijntjes in stonden, en geen woordjes, en al zeker geen tekeningen, moest volschrijven. En ze wisten bovendien dat Opa graag in lege boekjes schreef. Ze hadden hun les goed geleerd. Opa heeft dan maar een pen genomen, en schreef even later, mede onder de Facebookmatige influistering van een jongere zus, maar wel vreselijk oude Oudtante (of is het Groottante?) de volgende tekst:

Oudenaarde, 10 juni 2012. Vaderdag.
Ontvangen van 2 kleinkinderen: één kadootje. Deze (sic) notaboek, met de opdracht er iets in te schrijven. Gedaan. En Opa Danny is erg blij met het geschenk. Volgens mijn facebooktutorialen moet ik er geheime sprookjes in schrijven. Dat wordt dan meteen ook de benaming van het notaboekje: "Geheime sprookjes".

De bijdrage van die dag was niet erg lang, een man kan soms enige angst voor het lege papier vertonen (we kennen hier allemaal de koosjere want Engelse benaming voor, dus ik gebruik deze niet). Maar twee dagen later heeft hij in de trein van Brussel naar Oudenaarde van 12h41 tot 13h27 zijn handgeschreven eerste "Geheime Sprookje" geschreven. Weliswaar niet voor kinderen. Het is een gewoon dagboekfragment zonder veel verder belang geworden. De echte sprookjes bestaan tot op de dag van vandaag nog niet. Er is tussen de andere ondertussen gecomponeerde bladzijden wel een gedicht verschenen, en ook een voorleesverhaal, beide voor een nog iets meer volwassen publiek, niets voor de allerkleinste kinderen, tot nu toe. Maar vroeg of laat komen die wel. Opa's moeten over kabouters en hun wereld soms lang nadenken.

© Danny Peeters, Oudenaarde 29/07/2012. Mag ik vragen het copyright te respecteren?
0 Reacties

    Auteur

    OudHerk, de auteur van de oude Andebijk-blog, heeft binnenkort meer op deze bladzijden staan over zichzelf dan hij zelf kan vermoeden.

    ARchieven

    September 2014
    Augustus 2014
    Juli 2014
    Juni 2014
    Februari 2014
    Augustus 2013
    Juli 2013
    Oktober 2012
    September 2012
    Juli 2012

    Categorieën

    Alles
    100happydays
    Creatief
    Manuscript/typoscript
    Mensen
    Natuur
    Pensioen
    Verdriet

    RSS-feed

Powered by Create your own unique website with customizable templates.